Er is nogal wat te doen na al die berichten over grensoverschrijdend gedrag. Terecht. En dat het aangepakt wordt ook. Maar niet alle codes werken gewenst gedrag automatisch in de hand. Terwijl de ‘grote’ dat wel pretenderen en ondertussen met het vingertje naar ons ‘de kleinere’ wijzen. Dat stelt Yvonne van Driel in een reactie op een artikel in het Nederlands Dagblad.

Yvonne van Driel

In goede doelenland – en daarbuiten – wordt terecht gediscussieerd over hoe misstanden in ontwikkelingsorganisaties aangepakt en voorkomen kunnen worden. Aan het woord komen dan vooral organisaties die trots zijn op zichzelf. Want zij hebben een gedragscode opgenomen in hun beleid. Zij pleiten voor verplichting daarvan. En wijzen dan met het vingertje naar de ‘duizenden’ kleinere stichtingen actief binnen mondiale solidariteit. Want deze kleine burgerinitiatieven zouden ‘ongecontroleerd’ humanitaire hulp verlenen, zo las ik in het Nederlands Dagblad.

Als alle berichten over grensoverschrijdende misstanden van de laatste tijd me wat geleerd hebben, is het wel dat het in alle sectoren voorkomt. Dat is op zich al een triest gegeven. Over redenen, oorzaken en mogelijke oplossingen is de afgelopen weken veel geschreven en gezegd. Daarbij werd de roep om vertrouwenspersonen, gedragscodes en integriteitsverklaringen steeds luider. Maar is dat de oplossing?

De berichten die zich alleen maar opstapelen, bewijzen eigenlijk al het tegendeel. Nee, die codes en verklaringen zoals het VOG leiden niet naar het gewenste gedrag. Ook dat bevestigt rechtsfilosoof Bart Jansen. In MT/Sprout zegt hij dat codes alleen maar zorgen voor een soort morele verhevenheid die nergens toe leidt. En dan is met het vingertje wijzen naar anderen heel gemakkelijk.

Ook Minister Schreinemacher merkte in haar reactie op kamervragen op dat het huidige screeningspalet niet altijd sluitend is. Zij doelt dan vooral op het VOG. De Verklaring omtrent Gedrag. Toch roept Partos volgens een ander artikel in Nederlands Dagblad op tot het verplicht stellen van een sectorspecifiek VOG. Goede Doelen Nederland ziet door de beantwoording van de kamervragen daar ook weer ruimte voor.

En als het aan de sector ligt, moeten we allemaal nog meer beleidsstukken maken. Zelfregulering noemen ze dat. Het kost vrijwilligers extra tijd en energie en levert navenant weinig meerwaarde. Bart Jansen zegt het fraai: ‘Als het gaat over seksueel overschrijdend gedrag, diefstal of pesten, daar heb je gewoon het arbeidsrecht voor. Een code is daarvoor niet nodig. Gebruik gewoon je boerenverstand.’

Begrijp me niet verkeerd. Ik ben voor integere organisaties. Ik adviseer ook het aanvragen van VOG. Voor stagiaires die naar een ziekenhuis in Malawi gaan. Of een vrijwilliger die het projectteam van een dagbestedingscentrum voor kinderen met een beperking in Sri Lanka begeleid. Maar dat hoeft niet verplicht. Tenslotte zullen die mensen die kwaad willen doen, dat ook met een VOG op zak, niet nalaten.

Gelukkig deugen de meeste mensen wel.

 

 

 

 

Bron: Yvonne van Driel | Gelukkig deugen de meeste mensen

Meer weten over integriteit? 
Integriteit is een grijs gebied. Om daar doorheen te navigeren is het goed om regelmatig jullie kompas te kalibreren. Dit kan al heel simpel door regelmatig te praten met medebestuursleden, vrijwilligers of projectpartners. En leg die afspraken vast. Met onze handige toolkit over gedragscodes is dat zo gebeurd! Ga naar kleinegoededoelen.nl/integriteit/