Sinds 1 juli 2021 geldt de WBTR voor verenigingen en stichtingen. Veel besturen zijn al klaar, andere buigen zich erover en bij andere organisaties staat het op de agenda. De WBTR (Wet bestuur en toezicht rechtspersonen) vraagt mogelijk om aanpassingen, maar dat wil niet zeggen dat iedereen als een malle naar de notaris moet om de statuten te laten wijzigen. Vaak is een huishoudelijk reglement voldoende. En plak wat gele stickervelletjes in jullie huidige statuten met aantekeningen, zodat die meegenomen worden bij de eerstvolgende statutenwijziging. Dat adviseert Erik Boerrigter.
Twee tips
Ook zonder aanpassing van de statuten, moeten stichtingen aan deze wet voldoen. Volgens de toelichting op de wet zou het aanpassen van de statuten binnen vijf jaar verplicht moeten zijn. Dat is natuurlijk een kostbaar bezoek aan de notaris. Geen wonder dat veel juristen daarvoor pleitten. Maar gelukkig hoeft dat dus nog niet op stel en sprong. Is aanpassing van jullie statuten wel nodig, dan moeten natuurlijk de wijzingen volgens de WBTR zeker meegenomen worden. Tot die tijd 2 dingen die het bestuur kan en/of moet doen. Zet het dus op je bestuursvergaderingsagenda.
- Pak je statuten en plak er een geeltje op met de tekst “ontstentenis en beletregeling toevoegen”. Mocht je dan ooit naar de notaris gaan om je statuten te wijzigen, dan kom je het geeltje weer tegen en kun je het aanpassen.
- Maak een ‘Huishoudelijk reglement’ en plaats dat op je website. Naast andere huishoudelijke afspraken (die per organisatie kunnen verschillen) neem de volgende twee WBTR-gerelateerde artikelen op:
– Ontstentenis en belet-gerelateerd artikel
Volgens de statuten (artikel X) hebben bestuursleden allemaal een gelijke stem. Als de stemmen staken geeft de stem van de voorzitter de doorslag. Indien door omstandigheden slechts twee bestuursleden aanwezig zijn in de vergadering gaat dit artikel niet op; beide bestuursleden moet het dan eens worden. Indien door omstandigheden slechts 1 bestuurslid aanwezig is, dan kunnen er geen besluiten worden genomen.
Indien door omstandigheden een persoon van buiten het bestuur taken van het bestuur overneemt, dan dient deze persoon te worden beschouwd als bestuurslid.
– Financieel goed bestuur
De penningmeester is bevoegd tot het doen van betalingen namens de stichting. Bij bedragen boven een bepaalde hoogte zal de penningmeester de betaling uitvoeren in bijzijn (on- of offline) van een tweede bestuurslid. Het bestuur spreekt jaarlijks tijdens de eerste vergadering van het jaar de hoogte van deze grens af.
Het bestuur zal de penningmeester op onregelmatige basis vragen informatie over de financiën te delen.
[Tekstueel veranderen is mogelijk als de strekking gelijk blijft.]
Ook is het verstandig om jaarlijks de inhoud van de statuten eens goed door te nemen om te kijken of die niet om een andere reden dan de WBTR aanpassing verdienen.
Binnenkort zullen we een voorbeeld van een dergelijk Huishoudelijk Reglement opnemen als toolkit. Vergeet ook niet de handige checklist, die we eerder publiceerden. Altijd belangrijk om die nog even door te nemen binnen het bestuur van jullie stichting.