Het is wat je eigenlijk zou hopen en verwachten bij elke vorm van ontwikkelingssamenwerking: dat ze ten goede komt aan de armste mensen in deze wereld. Maar uitgerekend de allerarmste mensen blijven doorgaans buiten beeld en buiten bereik, merkte onderzoeker Anika Altaf. En dat kan anders. Marc van Dijk van ViceVersa sprak met haar. 

In totaal tekende Anika Altaf zeventig levensverhalen op in Bangladesh, Benin en Ethiopië. In haar proefschrift concludeert ze dat de uiteenlopende situaties van de extreem arme mensen die ze sprak opvallende overeenkomsten vertonen. ‘De meest in het oog springende overeenkomst tussen de mensen die ik gesproken heb, ligt niet op het terrein van materieel welzijn, maar juist op het immateriële vlak. Zonder uitzondering kampten de allerarmsten met de gevolgen van verstoting, mishandeling, sociale uitsluiting, kortom: met een gebrek aan waardevolle relaties. Het begint vaak bij de eigen familie, die een warm nestje hoort te vormen. Maar als je familie jou niet steunt, loop je grote kans dat de gemeenschap jou ook vergeet, of je bewust gaat buitensluiten. Dit leidt tot een totaal gebrek aan eigenwaarde. En die eigenwaarde is een voorwaarde voor zelfontplooiing.’ En dat kan en moet anders.

Op de vraag wat dan, zegt Anika Altaf: ‘Organisaties die zeggen dat ze zich hiermee bezighouden, hebben vaak nooit met de mensen uit mijn onderzoek gepraat. Dat zou toch de eerste stap moeten zijn: beter weten met wie je van doen hebt. En als je ze eenmaal gevonden hebt, moet je erop blijven toezien dat ze bereikt worden. Want in de gevallen dat ze wel de stap namen om ergens aan mee te doen, vielen ze vaak snel uit. Omdat ze vanwege hun verminderde eigenwaarde zeer kwetsbaar zijn, en zelf snel denken dat ze te veel zijn.’

Tips: Zo bereik je de allerarmsten

  1. Praat met degenen om wie het gaat: wat hebben zij nodig en hoe kun je dat ondersteunen in de context waarin je je begeeft?
  2. Ken de context, inclusief politieke verhoudingen. Als organisatie ben je eigenlijk altijd ook politiek betrokken. Ook als je met de allerarmsten werkt, verschuift er iets in de gemeenschap, daar moet je je bewust van zijn. Betrek de lokale elites en de gemeenschap bij je activiteiten.
  3. Sommige mensen in extreme armoede hebben langdurig of permanent hulp nodig, voor hen bieden social protection-maatregelen een uitkomst.
  4. Stem je activiteiten af met andere organisaties in jouw werkgebied, versterk elkaar. Te vaak werken verschillende organisaties in één gebied langs elkaar heen.
  5. Wees je ervan bewust dat welzijn over meer gaat dan materiële aspecten. Vergeet de relationele en mentale aspecten niet. Het gaat om mensen.

Lees het gehele interview ‘De allerarmsten worden niet geholpen. En dat kan wél.’

Bron: ViceVersa

Foto: Nicaragua (GESP/ Jos Schouteten)